Dit onderzoeksrapport, gekaderd binnen het Steunpunt Circulaire Economie, is de eerste output van de onderzoekslijn die de werkgelegenheid en de actoren in de circulaire economie bestudeert en analyseert (OL 6).
Het doel van deze studie was om inzicht te krijgen in de manier waarop de transitie naar een meer circulaire economie de arbeidsmarkt kan beïnvloeden, met een focus op netto jobcreatie of -verlies, jobcreatie op verschillende vaardigheidsniveaus en geografische jobconcentratie. De gebruikte methodologie was een combinatie van literatuuronderzoek en verkennende dataanalyse, waarbij die laatste zich vooral richtte op de Belgische regio Vlaanderen.
Omdat er verschillende definities bestaan die de 'circulaire economie' beschrijven, werd een combinatie van concepten gebruikt om de impact op de arbeidsmarkt te onderzoeken.
Uit de literatuurstudie bleek dat verschillende methodologieën kunnen worden gebruikt om de impact op tewerkstelling te kwantificeren. Verder voorspellen studies die de banenimpact van de circulaire economie kwantificeren over het algemeen een netto toename in jobs, hoewel sommige bestaande jobs mogelijk verloren gaan. Naast kwantitatieve schattingen zijn er ook een aantal kwalitatieve schattingen gepubliceerd over jobcreatie door de transitie naar een circulaire economie. Meer specifiek, afhankelijk van het type actie in de "circulaire economie", d.w.z. verminderen (“reduce”), hergebruiken (“reuse”) en recycleren (“recycle”), variëren de effecten van een "meer circulaire economie" voor de verschillende niveaus van geschoolde arbeidskrachten (laag, midden, en hooggeschoold) en geografische locatie (lokaal, regionaal, wereldwijd). En, terwijl bepaalde bestaande beroepen mogelijk verloren gaan, kunnen nieuwe beroepen gecreëerd worden of kunnen gelijkaardige wijzigingen optreden op het jobtakenniveau, waarbij sommige specifieke taken door anderen kunnen worden vervangen (job transformatie). Vergelijkbare ontwikkelingen doen zich ook voor als gevolg van technologische veranderingen en robotisering. Ten slotte hangt de impact van circulair design en innovatie op de arbeidsmarkt af van het gebied waarin de innovatie plaatsvindt. Innovatie die nieuwe vraag creëert, genereert over het algemeen nieuwe werkgelegenheid, terwijl endof- pipe-innovaties meestal gepaard gaan met arbeidsbesparende technologieën.
Als we de focus verplaatsen naar de kenmerken van de arbeidsmarkt in Vlaanderen, toonde de verkennende data-analyse aan dat de groep niet-werkende werkzoekenden onevenredig is samengesteld uit kortgeschoolde arbeid en andere kwetsbare groepen, zoals oudere werknemers, langdurig werklozen, allochtonen en mensen met een arbeidsbeperking. Door deze analyse te combineren met de resultaten van de literatuurstudie, verwachten we dat de transitie naar een meer circulaire economie de werkgelegenheid voor deze kwetsbare groepen positief zal beïnvloeden en de totale werkloosheid zal verminderen. Bovendien heeft de overgang het potentieel om de huidige educatieve en geografische mismatches op de Vlaamse arbeidsmarkt te verminderen. De specifieke impact op kwetsbare groepen hangt echter af van de specifieke kansen van de circulaire economie in Vlaanderen, die kunnen verschillen van de kansen in andere landen en regio's. Ook is het belangrijk niet alleen te kijken naar het aantal jobs dat gecreëerd kan worden maar ook de kwaliteit van deze jobs. Uit het onderzoek dat tot nu toe verricht werd bleek dat sommige jobs in de afvalsector ‘dirty jobs’ zijn. Meer onderzoek naar arbeidsomstandigheden in circulaire economie jobs is dus nodig.